K. Dabrowski
Amanda Bynes

talking about going to college, commented : 'I have such a busy mind and its really hard for me to do one thing at a time.
Its hard for me to sit still.'
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Kazimierz D¹browski (1902-1980) bestudeerde begaafde jongeren en volwassenen en ontdekte dat deze personen een
grote mate van 'overprikkelbaarheid' deelden. Hij beschouwde dat fenomeen als een aanwijzing voor de aanwezigheid van
een hoog ontwikkelingspotentieel. 'Overexcitabilities' zijn kwaliteiten die de mens in staat stellen om het leven dieper te
ervaren dankzij een grotere gevoeligheid van het zenuwstelsel voor uiterlijke en innerlijke indrukken. Er werden vijf
belevingskanalen onderscheiden: psychomotorisch, zintuiglijk, verbeeldend, intellectueel en emotioneel. Hoe meer kanalen
open staan en hoe wijder, hoe intenser het leven wordt ervaren. Het verklaart waarom de (hoog)sensitieve personen zich
anders voelen dan de meeste mensen.
![]() |
D¹browski hanteert ook het begrip ontwikkelingspotentieel - 'Developmental potential' - dat bepaalt de grenzen van de ontwikkelingsmogelijkheden van het betrokken individu onder de ideale omstandigheden.
Dit ontwikkelingspotentieel kan je vaststellen aan de hand van metingen van enkele componenten ervan, zoals: 1 - aanleg, speciale talenten en begaafdheden
2 - de vijf vormen van waarneming en beleving ('overexcitabilities')
3 - de wil om te groeien /zich te willen ontwikkelen (zelfsturing /zelfregie) |
Overexcitabilities - de vijf prikkelgevoeligheden (in het kort):
I - Psychomotorisch: behoefte aan veel beweging en sport, rusteloos, impulsieve acties, snel pratend, moeite met
ontspannen.
II - Zintuiglijk: alle zintuigen staan op scherp, intens genieten of intense afkeer, gevoelig voor sterkere prikkels zoals fel
licht, hard geluid, intense geuren, ruwe kleding. Sterk genieten van zintuiglijke waarneming; schoonheid, muziek,
beeldende kunst, literatuur, vormen, verhoudingen, de natuur. Houdt ervan om in het middelpunt van de
belangstelling te staan.
III - Verbeeldend: sterke verbeeldingskracht, graag beelden en metaforen gebruiken, creatief, innovatief, veel fantasie,
groot gevoel voor humor, bijzondere dromer, beelddenker, vermengt soms werkelijkheid en fantasie.
IV - Intellectueel: een sterke 'honger' naar kennis, analyse en synthese, vragen stellen, goed in theorievorming,
nieuwsgierig, scherp observatievermogen, onafhankelijk denken, kritisch, kan symbolisch denken en nieuwe ideeën en
concepten ontwikkelen.
V - Emotioneel: intense en complexe gevoelens, sterk vermogen tot empathie, diepe verbinding met mensen/dieren/
voorwerpen/plaatsen, stemmingswisselingen, verlegenheid, sterke gevoelsherinneringen van ervaringen in het
verleden, depressie, angsten, existentiële leegte (tot zelfmoordgedachten toe), scherp rechtvaardigheidsgevoel.